Gisteren schreven we
op onze blog dat we toen het tot dan toe mooiste stuk langs het meer hadden
gefietst, vandaag zullen we dit moeten herhalen want het was nóg mooier.
Overdag is het nog aangenaam maar de koude nachten hebben er voor gezorgd dat
de bladeren aan de bomen al mooie herfstkleuren hebben. Rechts van de weg staan
er langs het meer veel lage bomen die met hun prachtige kleuren, in combinatie
met het helderblauwe meer op de achtergrond, voor een prachtig kleurenpalet
zorgen. Links van de weg verschijnen er rood-ros-achtige scherp omrande bergen
die, met de blauwe lucht erboven en het zonlicht, ook voor een schitterend
spektakel zorgen. Het zijn echt plaatjes om in te kaderen. Ik probeer er foto’s
van te nemen, maar weet nu al dat ze de reële pracht amper in beeld kunnen
brengen. Alles kleurt rood-ros, ook het zand langs de weg, en zelfs het asfalt
heeft een rode schijn.
Onderweg komen we Gina en John nog eens tegen, een fietskoppel welke we voor het eerst ontmoet hebben aan de ingang van de Chinese Ambassade. We hebben daar enkele uren samen staan wachten en toch herkennen we elkaar niet meteen. Zij herkenden onze opvallend zwarte fietsen. Het is ons al vaker overkomen dat we andere collega fietsers voor een tweede keer tegenkomen maar ze niet meteen herkennen, soms een beetje gênant.
Aangezien het maar een korte etappe is, zijn we al in de vroege namiddag op onze bestemming, een guesthouse waar we nog eens de mogelijkheid hebben om een machine was te doen. Onze was hangt nog niet lang buiten of de gastvrouw komt ons zeggen dat we onze was beter even van de wasdraad kunnen halen, want men komt kolen leveren voor de winter, en daar komt veel zwart stof van. Kolen is veel gezegd, het is kolengruis met enkele brokken steenkool ertussen, eerder het soort afval waarvan er in Limburg nog veel terrils zijn.
Onderweg komen we Gina en John nog eens tegen, een fietskoppel welke we voor het eerst ontmoet hebben aan de ingang van de Chinese Ambassade. We hebben daar enkele uren samen staan wachten en toch herkennen we elkaar niet meteen. Zij herkenden onze opvallend zwarte fietsen. Het is ons al vaker overkomen dat we andere collega fietsers voor een tweede keer tegenkomen maar ze niet meteen herkennen, soms een beetje gênant.
Aangezien het maar een korte etappe is, zijn we al in de vroege namiddag op onze bestemming, een guesthouse waar we nog eens de mogelijkheid hebben om een machine was te doen. Onze was hangt nog niet lang buiten of de gastvrouw komt ons zeggen dat we onze was beter even van de wasdraad kunnen halen, want men komt kolen leveren voor de winter, en daar komt veel zwart stof van. Kolen is veel gezegd, het is kolengruis met enkele brokken steenkool ertussen, eerder het soort afval waarvan er in Limburg nog veel terrils zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten